Zuid-Holland wordt steeds groener

Welkom Delft en Voorschoten!

Hubert Schokker

Groene Cirkel Groene Gezonde Stad had een concrete ambitie voor 2024: tien nieuwe gemeenten die ambassadeur willen zijn van het netwerk. Gemeenten die de droom van radicale vergroening van Zuid-Holland delen. Gemeenten die niet alleen dromen, maar ook samen willen doén. Frank van Vliet (Delft) en Hubert Schokker (Voorschoten) zijn twee van de nieuwkomers.

‘Onze inwoners moeten zich uitgenodigd voelen om gebruik te maken van de openbare ruimte. In onze nota over groen en biodiversiteit hebben we daarom doelstellingen geformuleerd over biodiversiteit, ecologie en gezondheid, vertelt de Delftse wethouder Frank van Vliet. ‘Sámen maken we de stad; met bewoners, bedrijven, maar ook met netwerken als Groene Gezonde Stad. Dat is in de eerste plaats een inspirerend netwerk waar we met en van elkaar kunnen leren.’

Stedelijke vernieuwing is soms een lastige puzzel maar het kan. ‘Delft is tot aan de randen vol. Toch willen we er 1500 woningen en 10.000 banen bij. We gaan verdichten en vergroenen. Dat vraagt wat, bijvoorbeeld anders omgaan met mobiliteit. Mobiliteit is een enorme ruimtevrager; niet elke woning krijgt een parkeerplaats. Daar moet je de bewoners tijdig in meenemen. We doen dat hier samen met de Klimaatmaat, een onafhankelijk platform dat onze bewoners ondersteunt bij het klimaatbestendig maken van hun woonomgeving. We staan voor een totale vervanging van de riolering. Daarbij willen we meteen van gevel tot gevel vergroenen. Dan is het belangrijk dat de bewoners het vertrouwen hebben dat we dat goed doen.’

Frank van Vliet

‘Sámen maken we de stad; met bewoners, bedrijven, maar ook met netwerken als Groene Gezonde Stad. Dat is in de eerste plaats een inspirerend netwerk waar we met en van elkaar kunnen leren.’

Wetenschappelijk instituut

Trots is Frank van Vliet ook op de metamorfose van de oude spoorzone naar Nieuw Delft. ‘Waar vroeger het spoor de stad doorkruiste, loopt dat nu ondergronds met erop en eromheen een nieuw woon- en werkgebied, inclusief een park. Dat kan alleen als je van tevoren eisen stelt aan de bouwers en andere partners rond biodiversiteit, klimaatadaptatie en circulariteit. We hebben hier het enorme voordeel van een wetenschappelijk instituut bij de hand; TU Delft doet veel onderzoek naar ontwikkelingen binnen die thema’s. Onlangs organiseerden we nog een living lab met de TU en andere partners over de werklandschappen van de toekomst. Dat zijn mooie gelegenheden om te beproeven hoe vraagstukken in de praktijk uitpakken.’

Klimaatopgave

Kortom, de wethouder is ervan overtuigd dat de gemeenschappelijke droom van groene verbindingen in de stad en met het ommeland om samenwerking vraagt. ‘Biodiversiteit staat onder druk, we staan voor een enorme klimaatopgave; als we nu niks doen aan de leefbaarheid van onze gemeenten … Daar hebben we elkaar voor nodig. Doel van Groene Cirkel Groene Gezonde Stad is leren, maar zeker ook elkaar motiveren. Het geeft positieve energie, en dat hebben we absoluut nodig voor een duurzame toekomst!’

'Doel van Groene Cirkel Groene Gezonde Stad is leren, maar zeker ook elkaar motiveren. Het geeft positieve energie, en dat hebben we absoluut nodig voor een duurzame toekomst!’

Breder verband

Voor Hubert Schokker, wethouder van Voorschoten, was het diner pensant van juli 2024 (‘Nederland speelde een EK-wedstijd’) de eerste echte kennismaking met Groene Gezonde Stad. ‘Ik vond het ontzettend inspirerend. Vooral de samenstelling van de genodigden: grotere en kleinere gemeenten, wetenschappers en andere experts. Voorschoten is een groene gemeente met veel buitengebied. Maar we zijn klein, met een evenredige capaciteit aan mensen en middelen; we kunnen niet alle nieuwe beleidsontwikkelingen en trends bijhouden. Dit netwerk is een mooie kans om te leren, ervaringen te delen en om over onze eigen initiatieven te sparren. En dat in een breder verband met zowel beleid - Omgevingswet, landelijke wetgeving – als met andere thema’s als gezondheidszorg en welzijn.’

Dementievriendelijke wijk

Twee thema’s die een prominente plek hebben binnen Groene Gezonde Stad, groen en gezondheid, zijn ook expliciet benoemd in de Omgevingsvisie van Voorschoten. Hubert Schokker: ‘We zijn hier gezegend met veel bomen; hoe gaan we daar duurzaam mee om? Interessant om te horen hoe andere gemeenten dat doen. We zijn ook bezig met de herinrichting van de wijk Adegeest. Een grote operatie omdat de complete riolering wordt vervangen. Tegelijkertijd denken we na over het dementievriendelijk maken van deze wijk, we zijn namelijk een relatief grijze gemeente. Wij kunnen onze ervaringen daarmee weer inbrengen in het netwerk.’ De wethouder noemt nog een thema waarover hij binnen het netwerk kennis wil opdoen. ‘De energietransitie. Hoe combineer je je energievraag met groen? Kunnen we de daken van het winkelcentrum gebruiken voor zonne-energie, welke gemeente is daar al mee bezig?’

'Dit netwerk is een mooie kans om te leren, ervaringen te delen en om over onze eigen initiatieven te sparren.'

Iedereen nodig

In 2024 was Voorschoten de trotse regiokampioen van het NK Tegelwippen (de poule bestond uit Oegstgeest, Leiderdorp, Kaag en Braassem), een inmiddels iconisch evenement met een doelstelling die 100 procent overeenkomt met de ambitie van Groene Gezonde Stad. Zoveel mogelijk tegels verruilen voor groen ten bate van een klimaatbestendig, biodivers Nederland. ‘Behalve de openbare ruimte heb je daar particuliere tuinen voor nodig,’ weet Hubert Schokker. ‘Zo’n wedstrijd is niet alleen leuk, maar maakt je inwoners bewust van de waarde van groen. Door het ludieke karakter van de actie bereik je ook inwoners buiten de bubbel van mensen die toch al bezig zijn met duurzaamheid. We hebben elke individuele inwoner nodig.’ Anderzijds is regionale samenwerking onontbeerlijk. ‘Bijvoorbeeld met Leiden – ook ambassadeur van Groene Gezonde Stad - als het gaat om de ontwikkeling van de Tweede Groene Ring, die een samenhangende zone moet vormen tussen natuur en wonen. De ring loopt langs onze gemeentegrens, dus we zijn daar nauw bij betrokken. Ook dat is een voorbeeld van hoe we samen de transitie naar groene steden en dorpen vorm moeten geven.’